Vanochtend gaf ik de liefde van mijn leven een kus. En nog één. En nog één, en ….maar toen deinsde ze terug. Het waren genoeg kussen voor haar. En in mijn hoofd begonnen zich allerlei gedachten te vormen: Waarom trekt ze zich terug? Waarom wil ze me niet kussen? Waarom houdt ze zoveel afstand en komt ze niet dichterbij? En misschien vind je dit heel onnozel, maar het duurde een paar uur voor ik me pas echt realiseerde dat ikzelf degene was die niet dichterbij kwam en afstand nam, juist doordat ik letterlijk te dichtbij wilde komen.
Van jongs af aan leren wij dat samenwerken betekent dat je rekening moet houden met anderen. Ik denk dat het misschien wel omgekeerd is: samenwerken betekent vooral dat je rekening moet houden met jezelf! Met hoe je kijkt. Doet. Voelt. Denkt…. Daar moet je eigenlijk allemaal rekening mee houden voor je überhaupt het contact met de ander aan gaat.
Rekening houden met de ander betekent meestal ook dat we in de ruimte en verantwoordelijkheid van de ander treden. We bemoeien ons met wat goed is voor de ander. Zo nemen we een klein beetje bezit van de ander. We proberen te beïnvloeden hoe de ander volgens ons zou moeten zijn. Terwijl het voldoende is als we ons beperken tot onze eigen ruimte en verantwoordelijkheid. En dat is moeilijk genoeg, want die eigen ruimte en verantwoordelijkheid begrijpen en kennen we vaak maar nauwelijks. En we leren die ook niet kennen als we steeds maar weer bezig zijn met de ander. In mijn trainingen en coachpraktijk zie ik vaak dat mensen hun aandacht steeds op anderen richten, in plaats van op zichzelf. Maar juist in onze eigen ruimte blijken er ongelofelijk veel aanknopingspunten om de wereld om ons heen te veranderen. Juist doordat we ons zo richten op anderen, op onze omgeving, zien we over het hoofd welke rol wij zelf kunnen spelen. Dat geldt op kleine schaal, in onze relaties. En op grote schaal, in maatschappelijke discussies over bijvoorbeeld het lerarentekort of het klimaat. We zien over het hoofd welke rol we zelf spelen.
In onze persoonlijke en maatschappelijke relaties nemen we vaak maar nauwelijks de tijd om ons eerst te verhouden tot onszelf. Om stil te staan bij wat er bij onszelf gebeurt als iemand iets zegt …. of juist niet zegt. Doorgaans worden we emotioneel geraakt, want ons brein is voor een flink deel een emotioneel brein dat automatisch actief wordt als er een prikkel optreedt. En nog voor we ons bewust zijn van deze emotie hebben we al vanuit deze emotie gereageerd. En als we ons steeds op de ander richten zal dit nog sterker het geval zijn, omdat we dan gericht zijn op de prikkel in plaats van op onze eigen emotionele reactie op die prikkel. En zo kijken we in onze relaties vooral naar wat de ander doet. Kijken we in maatschappelijke discussies naar anderen. Roepen we anderen op om verantwoordelijkheid te nemen (“Minister, doe er wat aan!”) en zien we over het hoofd dat we zelf zo misschien wel het omgekeerde doen. Want wie een ander oproept om verantwoordelijkheid te nemen, die laat in werkelijkheid een voorbeeld zien van juist geen verantwoordelijkheid nemen… In de meeste gevallen leidt dit allemaal niet tot wat we willen. Het leidt meestal tot gedoe. En een belangrijke reden voor dit gedoe is dat we teveel rekening houden met de ander en zo het zicht op onszelf verliezen. We richten ons op de ander en niet op onszelf.
Hoeveel anders zijn onze (maatschappelijke & persoonlijke) relaties als we eerst rekening houden met onszelf voordat we het contact met de ander zoeken. Als we eerst onze aandacht naar binnen richten en stilstaan bij wat ons bezig houdt. Met wat ons verwart, of boos maakt of enthousiast. Zodat we de ander niet hoeven lastig vallen met de drukte in ons hoofd, onze verwarring, onze boosheid of ons enthousiasme. Zodat we daarmee niet in de ruimte en verantwoordelijkheid van de ander hoeven treden als we zelf nog volop ruimte en verantwoordelijkheid te nemen hebben. Bijvoorbeeld door zelf anders met onze verwarring of boosheid om te gaan. Anders met onze relaties om te gaan of anders over het lerarentekort na te denken. Of in mijn geval door me bewust te worden dat de liefde van mijn leven niet naar mij toe kan komen als ik naar haar toe kom, want dan ben ik er al. Ze kan niet dichter bij mij komen als ik al nadrukkelijk dicht bij haar ben.
Rekening houden met onszelf. Het is ontzettend moeilijk, omdat we het te weinig oefenen. En daar zit ook de oplossing: veel oefenen. Neem tijd voor jezelf. Neem tijd om simpelweg met jezelf te zijn, zonder afleiding. En ik denk dat je dat vrij letterlijk kunt nemen: zonder afleiding. Organiseervoor jezel leegte, stilte & alleen zijn. Zo kun je oefenen met je te verhouden tot jezelf, zonder afleiding te ervaren uit je omgeving. Dat is hartstikke spannend. Vaak zo spannend dat we de stilte proberen weg te duwen, door heel veel te gaan doen, of te praten… En soms zelfs zo spannend dat we er überhaupt niet aan beginnen. Oefen gewoon een tijdje om deze spanning te verdragen. Om jezelf te verdragen. Je zal merken dat het je heel veel ruimte en mogelijkheden biedt als je eerst rekening houdt met jezelf. Met jezelf zijn (zonder tussenkomst van anderen) en jezelf verdragen is iets wat we eigenlijk van jongs af aan zouden moeten oefenen. Heel veel oefenen. En als je dat niet van jongs af gedaan hebt, dan begin je gewoon. Nu.